De do’s en don’ts van een NAS

 

Een Network Attached Storage of afgekort NAS, is bij veel particuliere gebruikers populair. Niet vreemd dat we regelmatig de vraag krijg of opslag van data voor back-up en/of archief ook niet ‘gewoon’ op een NAS kan. Die vraag is niet heel eenvoudig te beantwoorden.

NAS en SAN

Voor professioneel gebruik moet je sowieso al kijken naar een zogenoemd ‘Enterprise NAS’, omdat een ‘particulier’ NAS in bijna alle gevallen voor professioneel gebruik niet toereikend is. Maar eerst even kijken naar NAS en SAN. NAS staat voor Network Attached Storage, SAN voor Storage Area Network. Vaak hebben gebruikers het beeld dat een NAS voor thuisgebruik en een SAN voor bedrijven is. Maar dat is niet het verschil. Het verschil zit ‘m in hoe je data op deze systemen benadert. Een NAS heeft een netwerkaansluiting en die benader je zoals een ‘gewone’ harde schijf. Je schrijft bestanden weg en haalt ze op vanaf de NAS en de NAS regelt de rest. Bij een SAN is dat anders: naar een SAN worden geen bestanden geschreven, maar blokken van de bestanden die ergens op de SAN worden verdeeld. Het besturingssysteem is ervoor verantwoordelijk van de blokken weer een bestand te maken. Kort gezegd is een NAS een filestorage en een SAN een blokstorage.

Snelheid en flexibiliteit

Voor de gebruiker maakt het geen verschil omdat de vertaling van bestanden naar blokken op een server gebeurt, die de SAN beheert. Deze storageserver heeft de keuze hoe om te gaan met de bestanden en om te zetten in blokken. Bij een NAS moet de NAS ervoor zorgen dat de bestanden bestaan, bij een SAN doet de server dat. Dat betekent dat een SAN veel minder administratieve taken heeft dan een NAS en daardoor veel sneller en flexibeler kan zijn. Voor de secundaire storage is een NAS prima, omdat het die snelheid meestal niet nodig heeft. Technisch gezien is opslag in de cloud ook à la NAS: je stuurt bestanden via het netwerk voor opslag en hoe dat gebeurt, dat regelt de cloudprovider.

Waarom wel/niet?

Maar wat zijn de haken en ogen aan het gebruik van een goedkoop NASje voor professioneel gebruik? Leveranciers van een low-cost NAS voor bijvoorbeeld 120 terabyte bruto, doen dat door 10 schijven van 12 terabyte in te bouwen. Die schijven zijn per terabyte relatief goedkoop en zo kan de prijs gedrukt worden. Feit is echter wel dat een grote harde schijf minimaal net zo snel kapot gaat als een kleine harde schijf. Als zo’n schijf kapot gaat, moet je de 12 verloren terabyte aan data terugrekenen. Dat kan 6 tot 12 weken duren! Als in die periode een tweede harde schijf kapot gaat, heb je echt een probleem. Die kans is groter naarmate de rebuildtijd langer is. Een vergelijkbaar Enterprise NAS zou je daarom opbouwen uit 60 harde schijven van 2 terabyte, maar dan wordt het een kostbaar verhaal.

Vergelijk

De welbekende Silent Bricks en Silent Cubes werken technisch gezien ook als een NAS en zijn ook qua prijs vergelijkbaar met een NAS die met harde schijven werkt. De Silent Bricks en Silent Cubes bieden echter veel meer flexibiliteit en veiligheid. Voor thuisgebruik is een NAS een prima manier om data op te slaan, voor professioneel gebruik raden wij toch een andere oplossing aan!

 

Schrijf in voor tips en info

Wij schrijven regelmatig blogs over actuele onderwerpen uit de wereld van digitale opslagtechnologie. Meld je hier aan om over nieuwe blogs geïnformeerd te worden.